Maar onmiddellijk kwam Tatnai, de bestuurder van de provincie ten zuiden van de Rivier, naar hen toe met Setar-Boznai en een aantal ambtenaren. Ze vroegen: "Wie heeft jullie toestemming gegeven om verder te bouwen aan de muren van deze tempel?
Maar Thathnai, gouverneur van de gebieden ten westen van de Eufraat, ging naar hen toe. Hij werd vergezeld door Sthar-Boznai en hun collegaʼs. ‘Wie heeft u toestemming gegeven de tempelbouw te hervatten?’ vroegen zij. ‘En van wie mag u deze muren voltooien?’