Toen kwam de profeet Jesaja naar koning Hizkia. Hij vroeg aan de koning: "Wat hebben deze mannen gezegd en waar komen ze vandaan?" Hizkia antwoordde: "Ze kwamen uit een ver land: uit Babel."
Toen kwam de profeet Jesaja bij de koning en vroeg: ‘Wat hebben die mannen gezegd? Waar komen zij vandaan?’ ‘Zij komen uit het verre Babel,’ gaf Hizkia als antwoord.