De Heer zegt: "Ik zal een eind maken aan de gevangenschap van het volk Israël. Ik zal weer goed zijn voor hun steden. En de stad Jeruzalem zal herbouwd worden op haar fundamenten. De burcht zal weer op zijn oude plaats opgebouwd worden.
Maar,’ zegt de Here, ‘als Ik u vanuit de gevangenschap naar uw vaderland terugbreng en u weer welvaart geef, zal Jeruzalem op haar puinhopen worden herbouwd. Het paleis zal weer worden opgebouwd, waar het vroeger heeft gestaan.