Maar Joas zei tegen hen: "Willen jullie voor Baäl opkomen? Moeten jullie hem redden? Wie dat doet, wordt vandaag nog gedood. Als Baäl een god is, kan hij heus wel voor zichzelf opkomen nu iemand zijn altaar heeft afgebroken."
Maar Joas diende hen onmiddellijk van repliek: ‘Heeft Baäl uw hulp nodig? Wat een belediging voor een god! U bent degenen die nog vóór morgenochtend zouden moeten sterven wegens belediging van Baäl! Als Baäl werkelijk een god is, laat hij dan voor zichzelf opkomen en de man vernietigen die zijn altaar heeft vernield!’