Toen trok Hij me uit de put, Hij haalde me uit het moeras van ellende. Hij zette mijn voeten weer op stevige bodem. Hij gaf me vaste grond onder de voeten.
Hij trok mij omhoog uit de diepte van de zonde en uit de modder van de wereld. Hij zette mij stevig op mijn voeten, op een rots. Dankzij Hem wankel ik niet meer.