De graven van Assur liggen diep in het dodenrijk. De soldaten liggen rondom de koning begraven. De mensen voor wie eerst iedereen doodsbang was, liggen nu zelf in het graf, gedood in de strijd.
Hun graven liggen in de diepten van het dodenrijk, te midden van hun bondgenoten. Al deze machtige mannen, die eens angst zaaiden in ieders hart, liggen daar nu, gedood door het zwaard.