Haar vijanden hebben haar overwonnen. Zij hebben het goed. De Heer heeft Jeruzalem gestraft voor al haar slechtheid. Al haar bewoners werden gevangen meegenomen. Ze werden voor de vijand uit gedreven.
Haar vijanden zijn haar de baas, want de Here heeft Jeruzalem gestraft voor haar vele zonden, haar jonge kinderen zijn gevangengenomen en als slaven weggevoerd naar een ver land.